Maxima-centrale in Lelystad is klaar voor bijstook van waterstof
Het Franse energiebedrijf Engie heeft zijn Maxima gascentrale in Lelystad aangepast zodat er tot 50 procent waterstof meegestookt kan worden. Omdat groene waterstof nog op zich laat wachten, start Engie met blauwe waterstof. Dat kan niet anders, zegt Harry Talen, directeur van de centrale: “De sector moet sneller verduurzamen dan er groene waterstof beschikbaar is.”
Trots leidt Talen zijn bezoek rond op het kunstmatige eiland in het IJsselmeer waar de Maxima-centrale gevestigd is. “Dit zijn de modernste gasturbines in Nederland”, zegt hij als hij met veiligheidshelm over het terrein loopt. De centrale bestaat uit twee identieke eenheden, die allebei een vermogen hebben van 440 megawatt. “Wind- en zonne-energie zijn de bronnen van de toekomst”, zegt Talen even later binnen bij een kop koffie. “Maar als het niet hard genoeg waait of als de zon niet schijnt, is er een alternatief nodig.”
Gaan batterijen niet zorgen voor het aan elkaar knopen van vraag en aanbod? “Er is zeker een rol voor batterijen”, meent Talen, maar met alleen batterijen gaat Nederland het volgens hem niet redden. Batterijen zijn geschikt om gedurende de dag het netwerk in balans te houden, maar niet om seizoenen te overbruggen. “Gascentrales zijn de beste en duurzaamste opties voor het leveren van flexibel vermogen dat CO2-vrij is.” De eerste eenheid van de Maximacentrale is inmiddels aangepast voor de bijstook van waterstof. De tweede volgt in 2025 of 2026. In de controlekamer laat Talen zien dat de eerste eenheid in bedrijf wordt genomen na de aanpassing.
De Maxima-centrale is dus klaar voor de toekomst. Alleen is er een probleem: er is nog geen waterstof beschikbaar. “We hebben inderdaad nog twee dingen nodig. De productie van waterstof, en de infrastructuur om die waterstof hier naar de centrale te krijgen”, legt Talen uit.
Het aanbod van groene waterstof
De ontwikkeling van de infrastructuur is de verantwoordelijkheid van Gasunie, dat in juni is begonnen met de aanleg van de ‘waterstof backbone’ (lees hier meer daarover). Daarbij gaat het deels om nieuwe pijpleidingen, maar ook om het hergebruik van het bestaande aardgasnet.
De infrastructuur is in goede handen, maar hoe het aanbod van groene waterstof zich precies gaat ontwikkelen is lastiger te voorspellen. Engie is zelf actief bij het bouwen van zogenoemde 'electrolysers'. Dat zijn fabrieken om groene waterstof te produceren. In zo’n electrolyser wordt duurzame stroom van bijvoorbeeld windparken op de Noordzee gebruikt om water te splitsen in waterstof en zuurstof. Omdat de waterstof met duurzame energie is opgewekt, wordt het ‘groen’ genoemd.
Via het HyNetherlands-project, waar naast Engie ook kunstmestfabrikant OCI en afvalenergiebedrijf EEW in participeren, wordt de grootschalige productie van groene waterstof voorbereid. “Volgend jaar nemen we de investeringsbeslissing voor de eerste elektrolyser van 100 megawatt”, vertelt Talen. In 2035 moet de productiecapaciteit al op 1,85 gigawatt liggen, aldus de website van HyNetherlands. Naast eigen productie richt Engie zich ook op de import van groene waterstof uit Portugal, via deelname in het H2Sines-project.
Blauwe waterstof
Maar het duurt te lang voordat die groene waterstof op de markt komt. De elektriciteitssector moet immers in 2035 al CO2-vrij zijn. “De sector moet sneller verduurzamen dan er groene waterstof beschikbaar is”, stelt Talen vast. Daarom werkt Engie sinds 2021 samen met de Noorse olie- en gasmaatschappij Equinor om blauwe waterstof geleverd te krijgen.
Blauwe waterstof? Dat is waterstof die uit aardgas wordt gewonnen. Een aardgasmolecuul (CH4) wordt gekraakt, waardoor er waterstofmoleculen (H2) ontstaan en CO2 (de koolstofatomen C reageren met zuurstof O2 tot CO2). Omdat de CO2 bij dit proces wordt opgevangen en ondergronds wordt opgeslagen, komt er bij de verbranding van blauwe waterstof geen CO2 in de lucht. Equinor heeft nog grote aardgasreserves, en bovendien lege gasvelden om de CO2in op te slaan.
“We hebben die blauwe waterstof nodig totdat er voldoende groene waterstof beschikbaar is”, aldus Talen. “Zodra Gasunie de backbone klaar heeft, kunnen we van de Noren die blauwe waterstof krijgen.” Engie schat in dat het via deze route ‘vanaf 2025 of 2026’ blauwe waterstof kan meestoken in de Maxima-centrale.
Technisch kan het allemaal. Maar dat betekent niet dat het ook gaat gebeuren. De CO2-uitstoot daalt fors door eerst blauwe en daarna groene waterstof bij te stoken. Maar omdat waterstof duurder is dan aardgas, ziet de business case er niet meteen positief uit. Bovendien zullen gascentrales minder gebruikt worden, omdat zonne- en windenergie een steeds groter aandeel in de energiemix krijgen. “Waterstofcentrales zijn straks echt bedoeld als achtervang. Het doel is om duurzame energie ruim baan te geven en centrales minder draaiuren te laten maken. Het zal niet verbazen dat minder draaiuren en duurdere brandstof om een ander marktmodel vragen”, zegt Talen.
De Engie-directeur heeft wel een suggestie hoe dat andere model eruit kan zien. “CO2-vrij regelbaar vermogen moet een plek krijgen in het systeem. Dat kan bijvoorbeeld door een vergoeding te betalen aan bedrijven die dat vermogen beschikbaar houden.” Hij vergelijkt het met het dieselaggregaat dat in ieder ziekenhuis in de kelder staat. “Dat wil je eigenlijk ook niet gebruiken, maar moet je altijd achter de hand hebben.”